![]() |
| Bij kasteel Neerijnen: links een ouder volk en rechts een nieuw volk dat zich voortvarend ontwikkelde |
![]() |
| In de zelfplukboomgaard bij Zaltbommel: midden een ouder volk van vorig jaar, geflankeerd door twee jonge volken die de winter gemakkelijk zullen doorstaan |
Daar staan ze weer, klaar om de winter te trotseren. Relatief vroeg in het seizoen, want voor de bijen is de zomer eind juli al zo’n beetje afgelopen. Het aanwezige broed loopt nu uit en er worden uitsluitend nog winterbijen gevormd. Deze dienen de winterperiode te overbruggen en blijven daarom veel langer leven. Ze ruimen pas weer het veld in het vroege voorjaar om plaats te maken voor de eerste werksters, die dus wel flink aan de bak moeten.
De overstap naar een kleinere celmaat (zie eerdere post) is boven verwachting verlopen. Het voorjaar was wel nat maar verliep ook relatief warm,
zodat de bijen de nieuwe kunstraat met celmaat 5,1 mm snel wisten uit te
bouwen. Drie van de vijf volken zitten nu al volledig op uitgebouwde nieuwe 5,1
mm raten, de twee andere volken hebben nog zo’n vier oude raten per kast die ik in de loop van 2025 nog eruit moet werken. En alle volken zitten nu in kasten met 11 raten in plaats van 10 zoals voorheen.
De bijen zijn zo dus compacter gehuisvest (ca. plus 28% om precies te zijn) en dat verbetert de warmtehuishouding
aanzienlijk.
Op de foto's zie je dat elk volk nu nog wel in meerdere broed- en/of honingkamers zit. Dat is echter maar tijdelijk, de honing en stuifmeel die onderin zit slepen ze nog voor de winter invalt omhoog, naar boven en rondom het broednest. Aan het eind van de winter is alle voer opgesoupeerd en zitten ze alleen nog in de bovenste kasten. De onderste kasten kan ik eind februari weghalen, reinigen en klaarzetten voor hergebruik.
Alle vijf volken zijn ingewinterd op ongeveer 60% eigen honing, aangevuld met een oplossing van invertsuiker in een optimale samenstelling. Tot ongeveer eind februari hoef ik eigenlijk niets meer te doen. Volop ruimte voor studie en overpeinzing dus. Zoals waarom bijenhouden toch zo fascinerend blijft. Eén reden is omdat je je als imker diepgaand in hun levenswijze moet kunnen verplaatsen. Redeneren als een bij en eens eventjes niet als mens, daar wordt je vanzelf wat ruimdenkender van.


Geen opmerkingen:
Een reactie posten